Voorbeeld 1: Vind de juiste breukaftrekking van 3/5 - 2/5.
Oplossing: Beide breuken hebben dezelfde noemers. dat wil zeggen 5
Trek beide breuken af, dat wil zeggen 3/5 - 2/5 = 1/5
Correcte breukaftrekking van
3/5 - 2/5 = 1 /5.
Voorbeeld 2: Vind de juiste breukaftrekking van 7/12 - 2/16.
Oplossing: Beide breuken hebben ongelijke noemers. Maak de noemer hetzelfde door de LCM van noemers te vinden. dwz 28/48 en 6/48
Trek beide breuken af, dwz 28/48 - 6/48 = 11/24
Juiste breukaftrekking van
7/12 - 2/16 = 11/24.
Voorbeeld 3: Vind de juiste breukaftrekking van 9/11 - 3/4.
Oplossing: Beide breuken hebben ongelijke noemers. Maak de noemer hetzelfde door LCM van noemers te vinden. dwz 36/44 en 33/44
Trek beide breuken af, dwz 36/44 - 33/44 = 3/44
Juiste breukaftrekken van
9/11 - 3/4 = 3/44.
Voorbeeld 4: Vind de juiste breukaftrekking van 7/8 - 3/8.
Oplossing: Beide breuken hebben dezelfde noemers. dat wil zeggen 8
Trek beide breuken af, dat wil zeggen 7/8 - 3/8 = 1/2
Juiste breukaftrekking van
7/8 - 3/8 = 1 /2.
Voorbeeld 5: Vind de juiste breukaftrekking van 6/2 - 3/5.
Oplossing: Beide breuken hebben ongelijke noemers. Maak de noemer hetzelfde door de LCM van noemers te vinden. dwz 30/10 en 6/10
Trek beide breuken af, dwz 30/10 - 6/10 = 12/5
Juiste breukaftrekking van
6/2 - 3/5 = 12/5.